41. Spannend voor Splash

Martijn had gehoord dat er nog meer paarden waren dan alleen Grietje. En vorige keer had hij al gezegd dat hij graag eens met Splash zou willen afspreken. Vandaag had hij zich er al helemaal op voorbereid en hij had zelfs een tekening mee voor het paard. Hij voelde zich wel een beetje schuldig tegenover Grietje maar daar kon ik hem gerust in stellen: Grietje had nu veel langer de tijd voor haar ontbijt.

Splash is nog jong en heeft lekker veel pit. Aan Martijn legde ik uit dat Splash net als hij de dingen soms spannend kan vinden en dat als wij zenuwachtig zijn, dat Splash dat dan makkelijk overneemt. En daarom begonnen we in het bos alvast met oefeningen. We luisterden naar geluiden en we zochten naar wat we fijn vonden om naar te kijken. We renden een stukje en stopten dan weer, om te voelen hoe het nu anders voelde in ons lijf. We liepen achterstevoren en opzij en tot slot deden we misschien wel de moeilijkste oefening: vertragen. Wie het langzaamst kon lopen die won. Dat was toch ongewoon: winnen door te verliezen? Zo voelde het wel een beetje.

Ik vroeg Martijn waar zijn spanning zat op een schaal van 1 tot 10. Dat had ik hem ook gevraagd vooraf aan de oefeningen. Toen had het nog een gekke vraag geleken maar nu begreep hij beter waar het over ging. Hij was gezakt, van een 7 naar een 4. Kon hij het voelen? Met een beetje hulp lukte dat best. Zou 4 genoeg zijn om Splash rust en vertrouwen te bieden? Misschien nog één keer de achteruitloop-oefening dan.

En zo kwamen we uit ons hoofd en veel meer in ons lijf aan bij Splash, die met vriendje Hero van zijn hooi stond te eten. Splash reageerde enthousiast maar niet gespannen.  We hielpen hem zijn halster aantrekken en daar gingen we, met zijn 3en, op naar de ronde bak.

“Fijn hè Splash”, zei Martijn onderweg, “dat je je nu niet zenuwachtig hoeft te voelen. Dat helpt jou hè, want zo’n eerste keer is best wel spannend”

 

Geef een reactie